Gebruikershulpmiddelen

Site-hulpmiddelen


spelling:aanhalingstekens_en_citaat

Aanhalingstekens en citaat

Wanneer gebruik je aanhalingstekens?

  • Als je letterlijk opschrijft wat iemand zegt (citaat).
  • Als je aan wilt geven dat een of meerdere woorden niet in de normale betekenis ervan worden gebruikt.

Waar plaats je aanhalingstekens?

  • Aan het begin en het einde van een citaat.

Welke soort aanhalingstekens kun je gebruiken?

  • Dubbele aanhalingstekens “ - ”
  • Enkele aanhalingstekens ' - ' (deze gebruik je ook als een woord een andere betekenis krijgt:

Hij protesteert uit gewoonte. Hij is een echte 'spijkerzoeker'.

Het is gebruikelijk om bij een citaat dubbele aanhalingstekens te gebruiken. Bij een citaat binnen een citaat gebruik je enkele aanhalingstekens. Gebruik wel steeds dezelfde manier, dus wees consequent.

Bij een citaat kan vooraf, achteraf of in het midden worden aangegeven wie het citaat zegt.

  • Piet zei: “Iedereen die bij Shell tankt, is medeverantwoordelijk voor de hoge brandstofprijzen.”
  • “Ik vind het zo ontzettend stom dat die bestuurders dat niet in de gaten hebben. Iedereen zou dat bedrijf moeten boycotten”, sprak Ellen.
  • “Jouw vader”, zei Piet, “heb ik niet gezien.”

Let op: als de schrijver in zijn eigen woorden weergeeft wat iemand zegt, dan is dat géén citaat.

Voorbeeld:
“Ik ga niet mee”, zei Tessa. (= citaat) Tessa zei dat ze niet meeging. (= geen citaat)

Ten overvloede: de eerste letter van een citaat begint altijd met een hoofdletter!


Leestekens binnen of buiten het citaat?

Het gebruik van leestekens (punt, komma, vraagteken of uitroepteken), levert bij citaten vaak moeilijkheden op. Moet zo'n leesteken nu binnen of buiten de aanhalingstekens staan?

Komma tussen de aanhalingstekens plaatsen?

“Piet,” sprak Manon, “ik heb jouw vader niet gezien.”

Hier hoort de komma binnen de aanhalingstekens te staan, want hij hoort bij het citaat.

Dit kun je controleren door de zin anders te formuleren:

Hij sprak: “Piet, ik heb jouw vader niet gezien.”

(Je ziet dat hier de komma binnen het citaat valt.)

Een ander voorbeeld:

“Jouw vader”, zei Piet, “heb ik niet gezien.”

Hier hoort de komma buiten de aanhalingstekens te staan, want hij hoort niet bij het citaat. Dit kun je controleren door de zin anders te formuleren:

Piet zei: “Jouw vader heb ik niet gezien.”

Punt tussen de aanhalingstekens plaatsen?

  • “Ik heb geen behoefte aan roddels.”
  • De actrice mopperde: “Ik heb geen behoefte aan roddels.”

In beide gevallen wordt de hele zin (Ik…roddels.) aangehaald. Daarom staat de punt binnen de aanhalingstekens.

Vraagteken tussen de aanhalingstekens?

Van belang hierbij is om te kijken of de vraag binnen het citaat valt of niet. Twee voorbeelden:

  1. Zei de actrice werkelijk: “Ik heb geen behoefte aan roddels”?
  2. Later dacht ik: “Waarom ben ik actrice geworden?”

Bij voorbeeld 1 komt het vraagteken ná het aanhalingsteken. Het gaat hier namelijk om een vragende zin die een citaat omvat.

Bij voorbeeld 2 komt het vraagteken binnen de aanhalingstekens. In dit geval zit de vraag opgesloten in het citaat.

spelling/aanhalingstekens_en_citaat.txt · Laatst gewijzigd: door 127.0.0.1

Donate Powered by PHP Valid HTML5 Valid CSS Driven by DokuWiki