Gebruikershulpmiddelen

Site-hulpmiddelen


literatuur:naturalisme_en_mystiek

HET NATURALISME

Het idealiserende proza

Rond 1880 meenden vrijwel alle critici dat kunst een “verheffende functie” had. Edele gevoelens moesten zegevieren. Een natuurgetrouwe weergave van de realiteit werd niet verlangd: de alledaagse werkelijkheid moest veeleer vergeten worden.

De romans uit die tijd tonen dit beeld ook:

  • 1. De hoofdpersonen dienen altijd als voorbeelden van edelmoedigheid en deugdzaamheid, en zijn ook voorzien van uiterlijk schoon.
  • 2. De schurken zijn getekend door morele (= zedelijke) slechtheid.
  • 3. Het goede wordt beloond, het kwade bestraft.
  • 4. Er is weinig karakter uitbeelding, maar er zijn veel gebeurtenissen, met verrassende wendingen, met hartverwarmende taferelen, met wonderbaarlijke reddingen, met verzoeningen, valse beschuldigingen en een geheimzinnig verleden.
  • 5. De alwetende verteller manipuleert (= stuurt in een bepaalde richting) de lezers vooral door edele en onedele figuren (helden en schurken) scherp te scheiden.

Emants

Marcellus Emants (1848-1923) richt zich rond 1880 als eerste tegen het idealiserende proza, bevolkt door helden met deugd i.p.v. bloed in hun aderen.

Het naturalisme bij Zola

De Franse auteur Emile Zola propageerde (= maakte reclame voor) een wetenschappelijke benadering van de werkelijkheid: zoals een patholoog-anatoom (= ontleedkundige: deskundige bij onderzoek van lijken i.v.m. de oorzaak van overlijden) lijken ontleedt, zo moet de auteur levende wezens analyseren. Hij moet daarbij zoeken naar aspecten die het menselijk bestaan beheersen, zoals erfelijkheid en milieu (afkomst in biologische en in sociale zin).

Dit zijn ook de principes (= uitgangspunten) van het determinisme, de leer die ervan uitgaat dat de mens door deze factoren wordt bepaald.

De benaming voor deze richting in de literatuur is naturalisme (in fel contrast dus met het idealisme).

Drie naturalistische romans in 1888

In 1888 verschijnen de eerste naturalistische romans in ons land: Louis Couperus'(1863-1923) Eline Vere, Van Deyssels Een liefde en Emants' Juffrouw Lina.

Kenmerken van de naturalistische roman

  • Middelpunt van de roman is “een nerveus gestel” (een overgevoelig figuur), wiens verlangens niet bevredigd worden.
  • De roman toont de “geschiedenis van een ontnuchtering”: de kille realiteit overwint de romantiek; passief berusten in het ongeluk of zelfmoord resteren daarna. Vaak gaat de hoofdpersoon ten onder aan het noodlot. Dit past bij de opvatting dat de mens in wezen geen invloed op zijn eigen leven heeft, maar dat dit beheerst wordt door het “fatum” (noodlot): het fatalisme.
  • De onevenwichtigheid van de hoofdpersoon wordt verklaard uit “determinerende (= bepalende) omstandigheden”, m.n. erfelijkheid en milieu.
  • Vooral bij sterke invloed van het milieu komt “haat van de auteur tegen de burgerij” naar voren.
  • Belangstelling voor seksualiteit, m.n. masturbatie (= zelfbevrediging) en bordeelbezoek (waarbij beschrijving van lustgevoelens overigens taboe blijft).
  • Opmerkelijk “taalgebruik”: natuurgetrouwe dialogen naast woordkunst (= het “schilderen” met woorden, zoals in het impressionisme).
  • Eigen “vertelwijze”: vooral de hij-vorm; personaal (= personale vertelsituatie); geen moreel oordeel.
  • “Objectiviteit”: onpartijdige presentatie van de personages, d.w.z. de schrijver geeft zo nodig tegenwicht aan de subjectieve visie van het personale perspectief (= vertelwijze).

Verwante stromingen

Naast het naturalisme kunnen we onderscheiden het realisme: de stroming die een precieze beschrijving van de werkelijkheid wil geven.

Als deze werkelijkheidsbeschrijving vooral gericht is op de maatschappelijke situatie (vaak de ellendige omstandigheden waarin de lagere-volksklassen verkeerden) spreken we van sociaalrealisme.

Auteurs: Herman Heijermans (1864-1924), Theo Thijssen (1879-1943), Jac. van Looy (1855-1930).

De auteur Stijn Streuvels (1871-1969) hoort wat betreft zijn thematiek - het leven van de arme boeren en landarbeiders - bij het sociaal realisme, terwijl zijn stijl impressionistisch is.

Wordt m.n. de psyche van de mens (gedachten, gevoelens, ideeën e.d.) beschreven, dan wordt hiervoor de term psychologisch realisme gebruikt.

Auteurs: Ina Boudier-Bakker (1875-1966), Carry van Bruggen (1881-1932), Frans Coenen (1866-1936), J. van Oudshoorn (1876-1951), Gerard Walschap (1898-1989), Cola Debrot (1902-1981) en Albert Helman (geb. 1903); de laatste twee auteurs schrijven over de Nederlandse koloniën, met name Suriname en de Nederlandse Antillen. Helmans werk vertoont ook romantische en sociale aspecten, waardoor het tevens sociaal-romantisch-realistisch is.

MYSTIEK EN MAATSCHAPPIJ

Mystiek

Het mystieke is in de jaren '90 een opvallende pendant (= tegenhanger) van het materialisme (= de leer die alleen de stoffelijke wereld erkent, dus niet de bovennatuurlijke).

Het begrip mystiek moet overigens anders geduid worden dan in de Middeleeuwen (waarbij het meestal gaat om een zeer persoonlijke liefdesrelatie met een hogere macht). Het omvat eind 19de eeuw alle pogingen om contact te krijgen met een wereld die buiten het bereik van het zintuiglijk waarnemingsvermogen ligt.

Van Deyssel bv. wijst in de jaren '90 het naturalisme af en ontwikkelt zich in de richting van de mystiek.

Couperus zoekt in die tijd eveneens een uitweg uit het fatalisme: in sprookjes (Psyche (zie ook: Mystiek), Fidessa), een verhulde autobiografie (Metamorfoze) en fictieve (= verzonnen) “koningsromans” (Majesteit, Wereldvrede) vindt ook hij een metafysische (= bovennatuurlijke) mogelijkheid voor het leven van de ziel.

Ook Gorter is in deze jaren op zoek naar een levensbeschouwing, en vindt deze tenslotte in het socialisme.

Van Eeden tenslotte creëert een soort synthese (= samenvoeging) in Van de koele meren des doods: pas na de dood van het (materialistische) ego (= ik) kan de mens zijn ware ik ontdekken in een hogere werkelijkheid.

literatuur/naturalisme_en_mystiek.txt · Laatst gewijzigd: door 127.0.0.1

Donate Powered by PHP Valid HTML5 Valid CSS Driven by DokuWiki